Uit de lappenmand

In mijn eeuwig optimisme bewaar ik nogal eens spullen waarvan ik denk dat ík-er-ooit-nog- wat-mee-ga-doen. Zo heb ik een lappenkist die ik gisteren en vandaag maar eens flink overhoop haalde. De kussens die we zomers mee naar buiten slepen om op de stenen bank te leggen, konden wel een nieuw tijkje gebruiken. Ooit was dit stofje een dekbedhoes van onze dochter. Later vermaakte ik het tot een dekbedhoesje voor een kinderledikantje vanwege logerende kleinkinderen. De mand waarin ik ze heel ‘stylish’ bewaar is van origine de beschermmand van een grote wijnfles. De hoes erin is een oud gordijn. De mand zelf deed jarenlang dienst als speelgoedmand, ook al voor logerende kleinkinderen.

Mand en lappen hebben dus hun derde bestemming. Vroeger zou ik zeggen dat ik een zuinig type ben. Nu heet dat duurzaam, veel leuker toch? Op de bank kwamen ook nog twee nieuwe kussenhoesjes van stofjes die ik al had. Verder is het een en al sentiment met wat ik allemaal tegenkom in die enorme kist. Er staat al een mega grote gevulde zak klaar voor de textielcontainer. Want zuinig en duurzaam is prima, maar opruimen en wegdoen ook!

Cadeautjes uit de natuur

We dachten alleen op de koffie te gaan bij onze ‘wijnvrienden’ die we kennen uit Italië en inmiddels permanent wonen in Nederland. Maar we werden niet alleen verrast met een heerlijke vlaai bij de koffie, ook wijn, soep, risotto en een hoop hartelijkheid waren ons deel. Naast een cadeautje dat we pas op 14 februari mogen openen werd me nog een vers geplukt viooltje in de hand gedrukt.

Vanmorgen zag ik kans om deze sneeuwklokjes op de foto te zetten in de Delftse Hout. Dat de natuur zulke cadeautjes voort kan brengen is toch een fantastisch geschenk? Vanmiddag zaten we met een ander bevriend stel bij ons aan een eenvoudige Italiaanse pranzo. En al die vriendschappen zijn misschien nog wel de allermooiste cadeautjes die het leven je geven kan.

Wijntje?

Ineens gaan onze gesprekken hier weer over wijn. Dat zit zo. Vrijdagavond kwam een vriendin met haar man bij ons eten, ze namen een prachtig boeket en Italiaanse wijn mee. Onze mislukte wijnoogst kwam ter sprake en nog heel veel meer natuurlijk. We kennen elkaar vanaf ons 18e jaar en waren collega’s in het Zeehospitium in Kijkduin. We kregen in de zelfde periode verkering, de vriendjes moesten vrijwel gelijktijdig in militaire dienst, we trouwden en kregen kinderen en kleinkinderen. Nu proberen elk jaar een keer met elkaar af te spreken. De herinneringen aan ons werk passeerden de revue en de wijnboer en ik vertelden dat we ooit de radioloog uit het Zeehos in een sjiek restaurant hadden gezien, waar hij een Chateau Petrus uit eigen kelder liet ontkurken. Wijnliefhebbers weten dan dat het om heel dure en mooie wijn gaat. De hele staf van het restaurant stond die avond ook in grote eerbied bij die tafel mee te kijken en te kwijlen. Vanmorgen kwam er een appje binnen van mijn vriendin dat een wijnverzamelaar zijn hele collectie heeft laten veilen en dat dit op Radio 1 voorbij zou komen. Je begrijpt het al, het was de radioloog waarover wij toevallig vrijdagavond spraken. Zijn 55 duizend flessen die in meer dan 60 jaar verzameld werden, brachten meer dan 7 miljoen euro op.

Het boekje dat momenteel op mijn nachtkastje ligt, gaat over wijndrinken en hoewel ik zelf geen alcohol meer drink, lees ik het boekje met veel genoegen omdat het vlot geschreven is en niet heel gewichtig doet over mooie wijnen. Maar het leert wel de basale regels over kijken, ruiken, proeven en drinken. En proeven kan ik nog steeds heel goed. Ga ik ook doen van de wijn uit Puglia en dan proost ik op onze vriendschap die al 55 jaar bestaat. Ook heel kostbaar.

Pas op de plaats

Heerlijk om weer even buiten te zijn, al was het maar om wat afval te lossen in de ondergrondse containers bij ons voor de deur. Mijn conditie houdt niet over en van een bruggenloopje komt nog niets terecht. De wijnboer en ik ondernemen nog wel even een tochtje naar de kelderberging waar we een fles wijn uit het rek pakken. Veel verder komen we (nog) niet. Ook de wijnboer is nu positief getest op Covid, al heeft hij geen ziekteverschijnselen. We houden ons nog een dagje koest hier.

Andere gewoonten

Wijn overschenken in een karaf om te decanteren en te laten chambreren. Dat deden we vroeger toen we nog wel eens oudere wijnen dronken. Tegenwoordig ploppen we een fles van onze eigen productie open en is er van de gewichtigdoenerij niets meer over. Likeur drinken doen we ook al lang niet meer. Dus daar zit ik op een stormachtige dag voor ons drankenkastje te bedenken wat er met dit overtolligs moet gebeuren.

Al die kleine flesjes zijn krijgertjes en staan te wachten op die ene gast die om een glaasje whisky vraagt of een beetje rum in zijn cola. Maar cola hebben we nooit in huis. En meestal vergeten we het gasten ook te vragen. Hier drinken we wijn en water en soms een glaasje sap. Het kastje is uitgesopt, sommige flesjes zijn afgenomen en teruggezet, één karaf verdween in de kringloopkrat en we spoelden wat spul door de gootsteen. Rest de vraag: wie maakte me los met de oranje bitter?

Piep

Het is een piepklein plaatsje in de buurt van de B&B waar we vorige week waren. Het heet Poggio Cupro en je komt er via een heuse stadspoort binnen waar zich nog een originele fresco van Moeder met Kind bevindt uit 1529, geschilderd door Pietro Paolo Agabiti. Dit plaatsje is deelgemeente van Cupramontana, de hoofdstad van de Verdicchio wijnen. Hier en daar zie je daar binnen de muren ook nog sporen van.

Er waren geen winkels en slechts één bar, waar we koffie dronken. In een klein hoekje werden ook wat kruidenierswaren verkocht. Voor een snelle maaltijd van pasta, tomatensaus en tonijn uit blik kan je er je boodschappen doen. Aangevuld met een karton wijn!

In dat zelfde hoekje was een deur dichtgetimmerd maar grappig voorzien van een schildering. Misschien was het wel de vorige eigenaar die daar met zijn hoofd om het hoekje piepte. De bar, annex winkeltje, werd nu gedreven door een jonge vrouw. En de koffie smaakte er heerlijk.

In de watten gelegd

Omdat we af en toe even los willen komen van ons eigen terrein, besloten we tot een korte trip in de omgeving en boekten voor twee nachten een B&B in Le Marche, onze aangrenzende kustprovincie. Via Ciao Tutti vonden we Villa Verdicchio dat in het hart van deze wijnstreek ligt. Wat een vondst zeg! En dat op een uurtje rijden bij ons vandaan.

In een oude verbouwde wijnmakerij midden in de wijngaarden vlakbij Cupramontana troffen we de smaakvol ingerichte B&B aan van Lena en Roberto . Drie kamers, allemaal met eigen badkamer, een riante tuin met sfeervolle hoeken en een dagelijks ontbijt van lokale producten. We kenden elkaar niet maar voor deze zojuist gestarte ondernemers wil ik graag reclame maken.

Onze aperitivo werd geserveerd op het Romeins terras, de wijnboer kon zelfs vandaar uit een kleine inspectie doen bij de druiven. Ik ken genoeg mensen die dol zijn op Italiaanse wijnen en wijnhuizen willen bezoeken. Dit is echt een uitgelezen uitvalsbasis, waarover ik maar niet uitgeblogd en gepraat zal raken.

En dit zijn ze, de sympathieke uitbaters, voor wie geen moeite teveel is het je naar de zin te maken. Kijk gerust even op hun website (klik) dan krijg je een mooi beeld van een B&B van en voor wijnliefhebbers.

Wat nu te doen?

Nu het proces van wijn maken vrijwel is afgerond en alle gereedschappen zijn opgeruimd, zou de vraag zich aan kunnen dienen ‘wat gaan we nu eens doen’. Daar hoeven we nauwelijks over na te denken want met dit prachtige weer ligt tuinwerk voor de hand. Ik stort me in de ‘rozentuin’ die vooral in de maand augustus, toen we niet in Caldese waren, zich ongebreideld heeft ontwikkeld. Daarbij sneuvelt er onbedoeld wel eens een roosje dat nog even mee mag doen in de keukenvensterbank.

Natuurlijk nemen we rustpauze’s. Ik kreeg gezelschap van deze vriend. Als er vier pootjes onder hadden gezeten dan leek ie op een grote hagedis en was ik niet op mijn hoede geweest. Maar deze? Dertig centimeter lang, waarschijnlijk totaal ongevaarlijk maar zo vlak naast mijn stoel….? De wijnboer was zo lief hem met stoffer en blik te vangen en hem daarna over het hek te kiepen. Waarna hij zelf ook weer even rustig in het zonnetje kon gaan zitten.

Een vroege pluk

Gisteren heeft de wijnboer de studio waarin onze gasten verbleven, weer omgebouwd naar Cantina. De witte druiven van onze vrienden moesten nodig worden geplukt voordat de reetjes (caprioli in het Italiaans – een dartele naam, je ziet ze springen) alles hadden opgevroten. De ontsteelmachine, de pers, de grote vaten; alles is weer in gereedheid gebracht voor het leukste seizoenwerk dat we hier kennen. Een gemiddelde oogst leverde bij onze vrienden toch al snel tweehonderd kilo op. Vanwege de caprioli dit jaar helaas maar ongeveer zestig. Het is de wijnboer er dus alles aan gelegen om daar een mooie wijn van te maken.

Wijntransport

We reden even het centrum in van Markelo om een bloemetje te kopen. We kochten uiteindelijk twee bossen zonnebloemen bij een supermarkt omdat twee leuke bloemwinkels wegens vakantie gesloten waren. We lunchten in Rijssen bij de vrouw van mijn leuke neef met wie ik onlangs nog op de foto ging in Gubbio. Onze wijn uit 2021 wilden we dit jaar wat eerder in NL hebben dan aan het eind van het zomerseizoen en in de grote camper van de familie pasten die vier doosjes met gemak. Zij waren dus zo lief het transport voor hun rekening te nemen.

’s Morgens heen en ’s middags terug en tussendoor een gastvrije lunch en even bijpraten over het vervolg van de reis van onze familie door Italië. Maar Twente is ook mooi, zo zagen we maar weer met eigen ogen. Mijn neef, die oorspronkelijk uit Den Haag komt zegt dan: sommige mensen komen hier op vakantie en wij mogen er wonen. Gelijk heeft ie. En voor ons in Italië gaat dat ook op.

dorpsplein in Markelo