Met Ad op pad

Deze schoonheden kwamen we de afgelopen week tegen. Onwillekeurig ga je dan ook op zoek naar de bijbehorende kabouter. En laat ik die nou ook tegenkomen!

Je kunt Ad op Facebook of Insta aanmelden en volgen en daarom heb ik een man met lange arm gevraagd een bewijs van de locatie te laten zien. Daarna nam ik Ad mee en liet hem vanmorgen weer achter in de Delftse Hout, specifieker nog in het Bieslandse Bos.

Daar bengelt Ad nu weer aan een takje en wacht op een volgende vinder. Het label met aanwijzingen is geplastificeerd, dat is handig nu het regent. Het was al mijn tweede Adje die ik vond. Toegegeven, het is een tamelijk kinderlijk genoegen om hiermee bezig te zijn maar ik denk toch dat ik deze Ad weer even ga volgen.

Toen de zon nog scheen

We zijn begonnen aan een echte herfstweek met elke dag regen, zo is de voorspelling. Wat een geluk dat we donderdag hebben kunnen profiteren van die zonnige dag. Op de foto hierboven dien we de achterkant van Instituut Clingendael, het Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen. Op de site lees ik: Naast onderzoek rond internationale betrekkingen verzorgt de opleidingsafdeling Clingendael Academy trainingen voor (aanstaande) diplomaten uit de hele wereld om hen kennis over de theorie en praktijk van de diplomatie en kennis over internationale betrekkingen bij te brengen. Vertegenwoordigers van het instituut mengen zich met enige regelmaat in het Nederlandse maatschappelijke en politieke debat, vooral aangaande buitenlandse politiek.

In de oorlog bezette de nazipoliticus Arthur Seyss Inquart Huize Clingendael dat in bezit was van de familie Van Brienen van de Groote Lindt. Freule Daisy was een van de laatste bewoners van het landhuis. Zij was het ook die, na een bezoek aan Japan, de Japanse tuin liet aanleggen. Wandelen over een landgoed; je voelt dat je op historische grond loopt. Fantastisch dat sinds 1953, toen de Gemeente Den Haag eigenaar werd, het hele gebied toegankelijk is geworden voor publiek.

Keukengeheim

In de vensterbank heeft zich het wonder van de rijpende tomaten voltrokken. We kregen de toen nog groene tomaten uit de Italiaanse moestuin van mijn nichtje en vandaag kan ik van een groot deel passata maken, een basis tomatensaus.

En nu ik toch keukengeheimen aan het delen ben: gistermiddag was onze oudste kleindochter hier. We gaan over een tijdje een paar dagen samen weg en dat hebben we voorbereid. Na onze vergadering gingen we samen koken. Maar al snel bleek dat ik niets hoefde te doen en bereidde zij een heerlijke groentenschotel met pitabroodjes. En na afloop was er een opgeruimde keuken!

We hadden reuze veel voorpret over ons plan en het enige wat we er hier nog over kwijt willen is dat we een wereldstad gaan bezoeken.

Japanse tuin

Eerder deze week hadden we bedacht dat vandaag bij uitstek geschikt zou zijn om de Japanse Tuin in Landgoed Clingendael te bezoeken. En dat klopte, het was er betoverend. Het is een kwetsbare tuin die maar acht weken per jaar geopend is voor publiek. Toen we nog in Voorburg woonden, kwamen we heel geregeld op dit Haagse landgoed dat, afgezien van de Japanse tuin, wel het hele jaar toegankelijk is.

Dat we niet de enigen waren die vandaag een geschikt moment vonden voor een bezoek aan Clingendael bewijzen de laatste foto’s. Meer info over de Japanse Tuin vind je hier. Nog open tot en met aanstaande zondag maar zoals gezegd: wandelen op het landgoed alleen al is de moeite meer dan waard.

Stil ommetje

Al ruim een week terug in Delft en nog steeds geen onvervalst grachtje laten zien? Daar moest ik even werk van maken. Het was droog, we moeten het wandelen weer integreren in onze dagelijkse bezigheden dus op pad. Het voelt een beetje aan zoals vorig jaar; ook toen was Covid iets om rekening mee te houden en ik denk dat mondkapjes, anderhalve meter afstand en het handenwasprotocol opnieuw ons leven zullen beïnvloeden. Voor ons is het eigenlijk niet eens weg geweest.

Wandelen kan gelukkig altijd, rustige momenten in de winkels opzoeken óók. Het was een kalm ommetje dat we maakten vanmorgen. Nog lang niet genoeg herfstkleuren naar mijn zin al doet het Doelenplein aardig zijn best met al dat afgevallen blad.

Vakwerk in Colmar

Toen wij een week geleden een middag in Colmar doorbrachten, waren we weer verrast door de schoonheid van deze stad. Ooit zijn we er eerder geweest maar dat is dertig jaar geleden. Minstens.

Klein Venetië wordt deze elegante stad in de Elzas wel genoemd. Wij hebben de grachten overgeslagen en ons beperkt tot wat straten en stegen in het centrum en daar keken we ons ogen al uit op die schitterende goed onderhouden vakwerkhuizen in snoepjeskleuren.

Op een vensterbank van een iets minder onderhouden huis zat een man een ijsje te eten. Hij kwam me behoorlijk bekend voor. Het ijsje bleek softice te zijn uit een machine, vertelde de man me later. Niet echt lekker maar dat zei hij pas achteraf. De man met alpinopet liep langs een hoedenwinkel. Dat levert wel een echt Frans plaatje op al was het helemaal aardig geweest als hij een stokbrood onder zijn arm had gehad.

Op zoek

De huizenwissel die wij elk jaar doen, vergt wat organisatie en het duurt meestal een week vooraleer alles weer op zijn plaats staat; de dozen wijn moeten nog worden uitgepakt maar dat heeft geen haast. De meegenomen was is schoon en kan weer terug in een tas die uiteindelijk mee moet naar Italië. Dan heb ik ook nog een lijstje met dingetjes die aangeschaft moeten worden om mee terug te nemen en ik vind het altijd handig om dat zo snel mogelijk in orde te brengen. En zo kwam het dat ik vanmiddag naar een Kringloop winkel ging.

Een hoop glim, glas en meuk. En grote mandflessen voor wijn, maar die hebben we nou net niet nodig. Ik wil een stenen, liefs terra cotta, bloempot hebben van minstens dertig centimeter doorsnede en hoogte. Daar kan een regenton óp en dan een gieter er onder. Niet geslaagd, met lege handen de Kringloop uit. Maar wel in de wetenschap dat ik een aangename speurtocht in het vooruitzicht heb. Ik mag er de hele winter over doen en ben dol op Kringloopwinkels.

Hoe mooi de herfst kan zijn

Het was ongekend mooi vanmorgen in de Delftse Hout. Rustig weer, de ochtendzon en een wandeling in goed gezelschap. Heel gezellig om ook deze draad weer op te pakken. Omdat de herfst een voorbode is van de winter en ik met kou niets heb, ben ik ook niet een echte herfstliefhebber. Terwijl ik heus wel zien hoe mooi het is. Dus spreek ik mezelf ieder jaar toe: elk jaargetijde heeft zijn mooie kanten dus daar richt ik me op en ga er simpelweg van genieten.

Geen mensen op de foto, deze keer. Maar ik kwam nog wel een vreemde vogel tegen: het blauwgroene boomklevertje.

Kleine reünie

We hadden een hele goede reden om vandaag naar Friesland te rijden. Daar logeerden zwager en schoonzus uit Colombia bij ons nichtje en haar man. Vanwege de geboorte van een kleindochter waren ze een maand in NL en morgen vertrekken ze al weer. Natuurlijk wilden we elkaar graag ontmoeten want de familie reünie die in Cuba had zullen plaats vinden was vanwege Covid niet doorgegaan en we zagen elkaar voor het laatst in 2017. Hoewel we elkaar samen met de familie uit Australië wekelijks beeldbellen, gaat er toch niets boven het echte menselijke contact. Kijk hoe leuk de broertjes het vinden weer eens naast elkaar te zitten.

We kregen een rondleiding over het terrein van onze nicht, die samen met haar man honden opleidt en (internationale) wedstrijden organiseert in hondenfrisbee. Kijk maar eens op deze site, als je daar meer over wil weten. Een heel leuk bedrijf in een hondenwereld die wij eigenlijk niet kennen. Enfin, uitgepraat waren we natuurlijk nog niet maar er bestaan voorzichtige plannen voor een uitgebreidere reünie in 2022 en tot het zover is, bellen we elkaar elke week weer.

Parijs

Grote kans dat Parijs ook de lievelingsstad van onze jongste kleindochters wordt. Drie dagen (twee nachtjes) waren ze er met hun ouders. En hoe kan je nou beter laten zien dat je in de lichtstad was door even te poseren voor de Eiffeltoren? De treinkaartjes voor de Thalys waren al in een vroeg stadium gekocht, waardoor de reis niet hevig duur was. Natuurlijk hebben ze in de stad ook gebruik gemaakt van de Metro, maar als je in drie dagen 38 km loopt, dan is dat wel een bewijs dat het meeste te voet is afgelegd.

Het was een heerlijk avontuur en Isabel, die samen met haar moeder even langskwam vandaag, vertelde mij er enthousiast over aan de hand van foto’s. ‘Maar uiteindelijk ben ik toch niet echt een stadsmens’, vertrouwde ze me toe. ‘Ik voel me prettiger in de natuur’. Dat vond ik wel een wijze constatering van een elfjarige. Ben benieuwd of dat bij haar zo blijft. Zelf zweer ik bij de balans tussen stad en land maar tot die ontdekking kwam ik pas twintig jaar geleden.