Tussen Pasen en Pinksteren

Onder deze enorme dot slagroom liggen aardbeien verborgen. Het was het nagerecht van de wijnboer maar ongevraagd werd het tússen onze borden in gezet en voorzien van twee lepeltjes. Nagerechten delen is heel gewoon en ik aarzel dan niet ook een vorkje dan wel lepeltje mee te prikken. Het gebeurde in een restaurant waar we een paar maal met vrienden op eerste Paasdag afspraken. Aan het weghalen van de Paasversiering van dit jaar is men nog niet toegekomen. Het riep goede herinneringen op en de baas wilde ook wel even op de foto, speciaal om de foto naar die vrienden toe te kunnen sturen.

Bij de koffie kregen we nog een extra stukje zandtaart toe, de overgebleven aardappeltjes en een gegrilde aubergine die we echt niet op konden, werden, ook al ongevraagd, meegegeven in een bakje. De bediening van dit eenvoudige restaurant, waar ’s avonds ook pizza’s te bestellen zijn, liet ons maar weer zien hoe vriendelijk de meeste Italianen hun gasten behandelen. Toen we de deur dichttrokken werd ons een hartelijk ‘auf wiedersehen’ na geroepen. Nou ja, dat verstaan we ook.

Buitengebieden

Deze maal lieten we de heilige Ubaldo met rust. Hij ligt al bijna tien eeuwen in een glazen schrijn in de gelijknamige Basiliek boven op deze berg. Dus hij kan het nog wel even af zonder een bezoekje van ons. We bogen linksaf op de Monte Ingino om op deze warme en stralende dag naar het Parco Rocco te gaan.

Voetballende kinderen, wandelaars, wielrenners en paardrijders; we kwamen ze allemaal tegen. Her en der zijn openbare barbecue-plaatsen waar druk gebruik van gemaakt werd. En er waren mensen zoals wij die niet zo snel meer gaan, een klein stukje wandelen, wat eten en een kalme zondagmiddag beleven in de natuur. Die tevreden huiswaarts keren, daar een mini-ijsje eten en sluimeren in de schaduw.

Rituelen

Zondagmiddag is bij uitstek een moment waar grote gezelschappen met elkaar aan tafel gaan voor een feestelijke pranzo. Zo ook vandaag weer; een grote groep zat op het overdekte terras bij Alla Balestra, één van onze favoriete restaurants. Zomers zitten we hier vaak ook buiten, vanmiddag nog achter glas met uitzicht op de toren van de Johannes de Doper (klik).

Na onze voortreffelijke maaltijd liepen we nog even naar ons favoriete plein om de kerk aan de voorkant te bewonderen en voor de ‘Quatro passi’ die wij in navolging van Italianen graag maken na het eten. Goed voor de spijsvertering. Daar liep Claudio. Niet dat we hem kennen maar een vrouw achter ons, we denken zijn moeder, riep op dwingende toon en met steeds groter ongeduld zijn naam. Maar Claudio hoorde het niet, of deed alsof. Ik schat dat daar een hoop frustratie van beide kanten mee gemoeid ging. Ik kwam nog een gevulde waslijn tegen in een hoekje vol aanbouwsels, kabels, hekwerken en techniekkastjes, dat móest op de foto. Nu ga ik thuis mijn boek uitlezen. Dat past op de een of andere manier bij de invulling van de zondag. En mijn moeder om twaalf uur vanuit Italië bellen, dat hoorde er ook zo bij maar dat kan helaas niet meer.

Alleen de wasmachine werkt

Om naar een van onze favoriete pleinen in Gubbio te gaan, moeten we altijd deze straat door. Het oogt rustig maar op het plein met horeca is het gezellig druk. Het valt op dat alleen de tafels in de schaduw bezet zijn. Eén oktober, 26 graden en ook wij kiezen voor schaduw.

Eén dag in de week blijven de werkkleertjes in de kast. Of nee, beter gezegd, ze gaan de wasmachine in. We hijsen ons in iets ‘nets’ en gaan lunchen. Dat is nooit het gebruikelijke viergangenmenu voor ons. Vandaag nam ik een antipasto en een primo met verse truffel. De meeste Italianen gaan dan nog door met een secondo, het hoofdgerecht, waarna een dolce -nagerecht- volgt. Wij houden het meestal bij koffie toe.

Onnodig om te zeggen dat we hier enorm van genieten. En terwijl ik dit schrijf, draait de wasmachine en heb ik voldane het gevoel dat er ergens op ons erf toch gewerkt wordt en strek ik me even uit op de buitenbank .

Geen carnaval

We lieten het idee om op zoek te gaan naar een carnavalsoptocht weer vrij snel varen. We waren voor onze zondagmiddagpranzo aan de rand van het centrum waar, behalve een fijn restaurant, verder niets te beleven viel. Het is waterkoud en het begon ook nog eens zachtjes te regenen.

Ik maakte nog wel even wat foto’s in de verder vrijwel uitgestorven stad. Ja, in het restaurant was het vol met families. Naast ons een stel met een zoontje van een jaar of twee. Zij vierden de verjaardag van de moeder, het kleine ventje zong dapper het Tanti Auguri, de Italiaanse variant op Happy Birthday. Een stuk verderop een gezin van vader, moeder met twee tienerdochters en de beide oma’s. Zo zien we dat graag hier. Wij aten weer verrukkelijk en keerden tevreden huiswaarts. Morgen weer aan het werk maar vandaag een echte rustdag.

Burendag

Toen onze buren van de week even wat post van ons aanreikten, kregen we meteen dit mandje met verse abrikozen van ze. Onbespoten, dus misschien niet zo glad als in de supermarkt, maar óverheerlijk. Vanmiddag zaten we bij hen aan de pranzo. In hun ‘countryhouse Le Giare ‘ ontvangen ze gasten die verwend worden in een goede accomodatie met heerlijke maaltijden en grote gastvrijheid.

De zoon zwaait inmiddels de scepter en op zondagmiddag helpen zijn vrouw, drie dochters en schoonouders ook mee. Onze buurvrouw is nog steeds hoofd van de keuken, ze is iets ouder dan ik en staat daar dan toch maar voor zeker dertig personen een vijfgangen maaltijd te bereiden. We kunnen er lopend heen en op de terugweg in de hitte maak ik nog snel een foto van Gubbio in de verte. Daarna ploffen we in de koelte van ons huis even op de bank en het bed. De een doet zijn oogjes toe, de ander leest een boek. Tot dat ook haar ogen zwaar worden…