Mijn oma bemerkte ooit dat haar ring van haar vinger gleed terwijl ze met haar gezin in het Westbroekpark wandelde. Al haar kinderen kropen op handen en voeten om het sieraad te vinden. Na een behoorlijk lange tijd moesten ze vaststellen dat het ding nergens meer te bekennen was. Het jaar erna liep het gezin er weer en het verhaal over de verloren ring werd nog eens naverteld. Eén van de kinderen bukte zich en groef de half in de aarde verscholen ring voor zijn moeder op. Het is zo’n familieverhaal dat nog vaak wordt verteld. Moraal: je bent pas echt iets kwijt als je het niet terugvindt.
Ik ken twee van zulke verhalen, een van een ooglens, volgende dag gevonden op een voetbalveld en dan nog een gouden horloge verloren op een berg, ook de volgende dag gevonden in hoog gras. Toeval……
Of misschien gebeden tot de heilige Antonius? Wil ook nog wel eens helpen in Roomse kringen, Marthy
Hahaha dat lijkt me een waarheid als een koe. Leuke foto’s trouwens. Zo heb ik er ook heel wat in een mapje ‘wat je op straat vindt’
Een waarheid als een koe!
Jeanne en Bertie jullie halen er meteen koeien bij maar die raak je niet zo makkelijk kwijt.
Een mooie Cruijffiaanse laatse zin.
Net zo wijs als Johan, Ton
Of we moeten ons begrip over toeval danig bijstellen? Maar wat een geluk als je zoiets terugvindt.
Het is een heel apart verhaal, Els. Maar ik blijf wel in toeval geloven.
Dus er is nog hoop. 😉
Altijd Marja
Vervelend genoeg vinden we iets alleen maar terug op de laatste plek waar wij kijken.
Maar wanneer is dat de eerste plek waar we zoeken?
Vrolijke voorjaarsgroet,
Daar ga ik nog eens diep over nadenken, Rob